Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want de rechtvaardige zal [37]zevenmaal [38]vallen, en [39]opstaan; maar de goddelozen zullen in het [40]kwaad nederstruikelen. 37. Dat is, dikwijls; een zeker getal voor een onzeker; zie Lev.26:8. 38. Te weten, in ellenden en zwarigheden. Alzo in vs.17, idem Ps.37:24; of ook in zonden en gebreken, in welke de vromen ook worden gezegd te vallen; 1 Kor.10:12. 39. Dat is, daaruit verlost en opgeholpen worden, te weten door Gods genadigen bijstand, Job 5:19; Ps.34:20. 40. Te weten, der straf en der tegenheid; dat is, zullen daarin zo gestort worden, dat zij niet weder zullen kunnen opstaan.